Waarom aan welzijnsinstellingen 38,4 miljoen euro betalen voor het 'verbinden van bewoners' als de bewoners dat prima zelf kunnen? Dat vraagt Gert Dijkstra, voorzitter Buurtwerkkamer Coöperatie, zich af.

De gemeente Utrecht wil alleen welzijnsinstellingen aan het werk zetten om buurtbewoners in Utrecht te 'verbinden'. Wethouder Diepeveen wil hen gezamenlijk in één keer voor zes jaar inhuren voor een bedrag van 38,4 miljoen euro. Tientallen buurtorganisaties doen dit werk ook. Velen van hen vragen zich nu af: waarom iemand van buiten inhuren als bewoners het zelf kunnen? Als de gemeente echt gaat voor 'Utrecht zijn we samen' is het nu tijd om dat hier te laten zien. 

De gemeente Utrecht wil graag dat bewoners zelf initiatieven nemen en zich met elkaar verbinden. Dat noemt de gemeente 'sociaal makelen'. Om dat te stimuleren zijn vijf welzijnsinstellingen al ruim vier jaar actief in de stad als zogenoemde Sociaal Makelaar Organisatie. Het zijn Me’kaar, Vooruit, Doenja Dienstverlening, Welzaam en Wijk&co. Ieder van hen is actief in twee van de Utrechtse wijken. Wethouder Diepeveen wil deze vijf instellingen meer laten samenwerken en hen gezamenlijk voor een periode van maar liefst zes jaar - van 2019 tot en met 2024 - in één grote aanvraag opnieuw dit 'sociale makelen' laten uitvoeren. Dit tegen een bedrag van maar liefst 38,4 miljoen euro.

Echter, tientallen buurtorganisaties met vele honderden actieve bewoners doen dit werk al, steeds meer en vaak veel beter dan de welzijnsinstellingen. Dat deze buurtorganisaties dit heel goed zelf kunnen is logisch, omdat buren zich goed laten verbinden door de buren. Tegelijkertijd zijn veel van deze buurtorganisaties ook professioneel actief, omdat zij zelf één of enkele betaalde ondersteunende professionals inhuren. Daarmee zijn deze buurtorganisaties een mooie combinatie, ze werken én professioneel én ze kennen de bewoners en buurtondernemers als geen ander. Waarom erkent wethouder Diepeveen dat dan niet? Sterker nog, de raadsleden van zo goed als alle fracties in onze gemeenteraad lijken het ook niet te zien. 

Op dinsdagavond 26 september vond in ons stadhuis een debat plaats tussen wethouder en gemeenteraadsleden - in de commissie Mens en Samenleving - en na veel praten leken de politici bereid om na te gaan of een klein deel van het beschikbare budget voor het 'sociaal makelen' terecht kan komen bij de buurtorganisaties, of beter nog, de BBBO's, de Buurtbewoner-, Buurtondernemer- en Buurtorganisaties.

De BBBO's riepen de politici voorafgaand aan het debat op om "te erkennen dat het verbinden en activeren van bewoners buurtgericht maatwerk is", waar het dan dus niet bij past om daar één grote stedelijke organisatie met een uniforme aanpak op los te laten. Tevens drongen de buurtorganisaties er op aan om hen als actieve - en professioneel werkende - bewoners "een open kans te geven" en dus het "recht om mee te bieden." 

Waarom zou je als wethouder alleen welzijnsinstellingen de kans gunnen om te laten zien dat zij betaald bewoners kunnen verbinden? Waarom niet per buurt of wijk de buurtorganisaties ook een kans gunnen? Juist nu we zien dat deze buurorganisaties leren, groeien, steeds meer zelf kunnen en willen. "Geef ons die kans", zo vonden o.a. buurtorganisaties als Buurtpastoraat Utrecht, Het Wilde Westen, de Zorgverslimming, Utrecht in Dialoog, Omzien naar Elkaar en Buurtwerkkamer Coöperatie. 
Bij deze de oproep aan politici, in het bijzonder aan wethouder Diepeveen, om in de komende maanden deze buurtorganisaties wel op waarde te schatten en een faire kans te bieden. 

Gert Dijkstra,

Voorzitter Buurtwerkkamer Coöperatie
info@buurtwerkkamer.nl