Negen aanbevelingen cultureel erfgoed Utrecht
Gepubliceerd: donderdag 15 maart 2018 14:34
De historische vereniging Oud-Utrecht is deze week 95 jaar oud geworden. In 1923 is de vereniging opgericht door burgemeester Fockema Andreae met een uitnodiging aan ‘stadgenooten, bekend om of verdacht van belangstelling in het stedelijk verleden’. Nu, 95 jaar later, is er een actieve vereniging met een kleine 2000 leden die zich richt op geschiedenis, archeologie en monumenten. En met een handreiking voor Utrechts Erfgoed.
De belangstelling voor het cultureel erfgoed in stad en regio Utrecht neemt toe. Oud-Utrecht organiseert met meer dan 100 vrijwilligers activiteiten als symposia, historische cafés, lezingen en excursies. Publicaties zijn er ook, met het tweemaandelijkse Tijdschrift Oud- Utrecht en het Jaarboek Oud-Utrecht. De leden van Vereniging Oud-Utrecht waken over cultureel erfgoed. In het verleden was de vereniging daarom initiatiefnemer voor de oprichting van onder andere het Utrechts Monumentenfonds en de Utrechtse Maatschappij voor Stadsherstel. Beide ter bescherming van ons erfgoed en vóór het gebruik door inwoners. Een recent resultaat is de ‘Visie Religieus Erfgoed’ van gemeente Utrecht die na een symposium en advies van Oud-Utrecht tot stand kwam.
Op 2 maart 2018 organiseerde Oud-Utrecht in het Bartholomeus Gasthuis een Politiek Debat met kandidaten van negen politieke partijen over het erfgoed van de stad Utrecht. De visies van de partijen verschillen, maar allen erkennen de waarde van het cultureel erfgoed voor nu en in de toekomst. De Commissie Cultureel Erfgoed van Oud-Utrecht stelde negen aanbevelingen op voor de politieke partijen en voor de komende coalitie-onderhandelingen.
Negen aanbevelingen cultureel erfgoed Utrecht
Onlangs bleek uit het onderzoek van de Atlas voor Gemeenten dat monumentale steden harder groeien en minder last hebben van vergrijzing dan niet-monumentale steden. Erfgoed draagt bij aan het behoud van een vitale, door bewoners en bezoekers gewaardeerde stad. De Vereniging Oud-Utrecht heeft hart voor historie en cultureel erfgoed in Utrecht.
Graag doet de Vereniging Oud-Utrecht daarom aan alle politieke partijen in de Gemeente Utrecht ‘Negen aanbevelingen cultureel erfgoed Utrecht’. Het zijn voorstellen om samen te werken aan, en te waken over, het cultureel erfgoed dat onze stad vitaal houdt. De aanbevelingen en voorstellen verdienen een plaats bij de gemeenteraadsverkiezingen 2018 en het uiteindelijke coalitieakkoord.
1. De monumentale stad is groter dan de binnenstad
Utrecht heeft veel te bieden voor wie wil weten hoe de stad zich heeft ontwikkeld en de daarbij kenmerkende architectuur en stedenbouw. Stadsontwikkeling uit de vooroorlogse periode heeft al geleid tot beschermde stadsgezichten, met als voorbeelden Utrecht-Oost en Zuilen-Elinkwijk. De wederopbouw, de periode na WO II heeft recent meer aandacht gekregen en een groeiende cultuurhistorische waardering. Die waardering geldt zowel de gebouwde omgeving, als de in de openbare ruimte gerealiseerde kunst. Industriële zones kennen die waardering minder. Slechts enkele gebouwen hebben de bescherming gekregen, terwijl ze de stad een rijk verleden hebben geven. De Vereniging Oud-Utrecht pleit voor een verbrede visie qua periode, gebieden en herkomst van erfgoed om het te beschermen.
2. Een stad om voor de monumenten terug te komen
De stad organiseert evenementen en is altijd een bezoek waard voor haar monumenten. Evenementen, zoals Le Grand Départ geven tijdelijk publiciteit, maar kosten veel en belasten de stad. Utrecht is structureel aantrekkelijk voor bezoekers en bewoners. Herstel, behoud en promotie van erfgoed zorgt voor een goede reden om een keer terug te komen. Ook musea in de stad kunnen structurele steun goed gebruiken. Steun om exposities rond thema ́s te organiseren die publiek trekken. Het vraagt om het daadwerkelijk gestalte geven van het Museumkwartier, inclusief initiatieven zoals het Nederlands Volksbuurt Museum en aandacht voor Utrechts erfgoed.
3. Leer de geschiedenis kennen
Het zijn vaak kleine maar belangrijke aanwijzingen: de geschilderde muurreclames uit het verleden, de tegeltableaus met afbeeldingen van verdwenen taferelen, de bijzondere patronen in straten of de borden met uitleg. Groter kan ook: de fundamenten van fort Vredenburg in de parkeerkelder. Het zijn allemaal middelen om onze stadsgeschiedenis niet alleen te leren kennen, ook om bezoekers een rijker onthaal te geven en bewoners trots te laten zijn. Visualiseren van erfgoed vraagt weinig budget, maar is wel een noodzakelijke bijdrage aan en van de stad.
4. Panden moeten eerder monument worden
Slopen is gemakkelijk geworden. Voorheen was er een vergunning nodig om een pand te kunnen slopen. Inmiddels volstaat een melding door de eigenaar. Daarmee zijn veel panden, ook panden met een historisch karakter ‘vogelvrij’. Een stad die zuinig wil zijn op haar rijke verleden en daarmee toeristisch potentieel, heeft een ‘hoeder’ nodig. Het aanwijzen van stadsdelen tot beschermd aangezicht of het plaatsen van panden op de lijst gemeentelijke monumenten geeft bescherming. Dat is wat de gemeente kan doen.
5. Bewaak erfgoed bij inbreiding
Utrecht gaat de komende jaren vooral groeien door inbreiding: gemengde locaties worden omgebouwd tot woonlocaties. Dat gebeurt op voormalige bedrijfsterreinen, zoals aan het Merwedekanaal en door bedrijfspanden te slopen of om te bouwen naar woonpanden. Daarbij groeit de stad voor wonen, maar ze verliest aan karakter van wat de stad maakte: wonen en bedrijvigheid was lange tijd gemengd. De Vereniging Oud-Utrecht heeft een wens: laat het aanwijzen van woonlocaties of de ombouw van bedrijfspanden gebeuren met behoud van en herinnering aan het erfgoed. Ook komende generaties weten dan wat Utrecht heeft gemaakt tot de stad die het is. Erfgoed is meer dan dat wat al beschermd wordt.
Bij nieuwe ontwikkelingen wordt met respect voor de historie van de locatie, in het ontwerp en de uitvoering het erfgoed zo veel mogelijk behouden voor toekomstige generaties.
6. Een sterke gemeentelijke afdeling erfgoed is onmisbaar
De stad Utrecht heeft haar eigen verleden in de afgelopen vijftig jaar enorm leren kennen. Door de restauratie van het monumentale centrum in de jaren 1970- 1990 en de archeologische opgravingen in de afgelopen decennia hebben we een veel rijker cultureel verleden gekregen. Een stad met historie is een stad om van te houden. Het geeft bewoners en bezoekers een rijk gevoel. En dat is wat Utrecht heeft, een rijke historie. Mede dankzij de onvermoeibare inspanningen van een sterke afdeling erfgoed kunnen we daarover waken en het nog verder publiek toegankelijk maken.
7. Kunst in de openbare ruimte - toegankelijk houden van deze cultuur
Utrecht is redelijk rijk gezegend met kunst in de openbare ruimte. Deze kunst valt deels onder gemeentelijk beheer. De gemeentelijke collectie wordt beheerd. Dat geldt niet voor soms ‘verweesde’ kunst van andere overheden of semioverheden of particulieren. Nieuwe eigenaren van deze ‘verweesde’ kunst gaan niet altijd respectvol om met deze kunst. Voorbeelden zijn de inmiddels verwijderde en in opslag genomen gevelkunst van Bons aan het Vredenburg en de gevelornamenten van de voormalige Prinsenhof aan de Eykmanlaan. Indien nodig zou ‘verweesde’ kunst in de gemeentelijke collectie opgenomen kunnen worden. Daartoe zal de collectie qua capaciteit adequaat moeten worden ingericht. Daarnaast pleit de Vereniging Oud-Utrecht er voor dat de in het depot van de gemeentelijke collectie opgenomen werken toegankelijker worden gemaakt en de inspanningen om delen van deze collectie een nieuwe plaats in de openbare ruimte te geven worden verhoogd.
8. Erfgoed en duurzaamheid
De duurzaamheidsagenda van de stad tot het jaar 2030 vraagt een bijzondere inspanning voor de monumenten in onze stad. Zowel de Rijksmonumenten als de gemeentelijke monumenten vragen een specifieke aanpak. De Vereniging Oud-Utrecht beveelt aan dat de gemeente daarvoor tools, informatie en begeleiding ontwikkeld. Mede om daarmee de aanvragen omgevingsvergunning conform deze nieuwe tools gemakkelijker te laten passeren.
9. Zuinig op de monumenten in de stad
De groei van de bevolking en de toename van het bezoek van de binnenstad zorgt ook voor een hogere belasting van haar monumenten en monumentale delen. Bij de grotere eigenaren van erfgoed, bijvoorbeeld de Universiteit, heeft dat geleid tot ingrijpender verbouwingen van erfgoed. Bij die verbouwingen raakt de oorspronkelijke indeling en functie van monumentaal erfgoed verder uit beeld. Tegelijkertijd zorgt de restauratie van de panden wel voor een goed behoud. Dit beeld zien we ook bij delen van de openbare ruimte. Geparkeerde auto’s verstoren nog steeds het beeld van grachten. De restauratie van de werven is goed voor het behoud, tegelijkertijd zorgt het ook voor een uniformer beeld waarin de oorspronkelijke totstandkoming van de werven veel minder afleesbaar is. Een visie op de toekomst op een betere spreiding van het bezoek aan en het gebruik van de historische stad is nodig, ook voor het behoud van ons erfgoed.