Na een bad in kunstwas van meer dan 10 jaar is het Romeinse schip, dat de naam De Meern 1 kreeg, weer terug in Leidsche Rijn. Het is onder veel belangstelling woensdag op zijn plek gebracht in het toekomstige paviljoen Castellum De Hoge Woerd.

In 1997 werd het, uit de tweede eeuw stammende, schip in de bodem van de wijk Leidsche Rijn ontdekt. Zes jaar later, in 2003, is het opgegraven en overgebracht naar Lelystad waar het meer dan tien jaar in een speciaal hiervoor gebouwd conserveringsbassin werd gelegd zodat het water in het hout kon worden vervangen door een speciale kunstwas. Dit gebeurde op het terrein van de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed die ook een speciale film over De Meern 1 maakte (klikhier).

Het Romeinse schip krijgt een speciale plek in het cultuurpark Castellum Hoge Woerd dat na de zomer officieel open gaat. Het 25 meter lange gevaarte is via een nog open ruimte het gebouw binnengebracht. Wethouder Kees Geldof hield tijdens de werkzaamheden een oogje in het zeil.

De Meern 1 had volgens de archeologen een kajuit, met een keukentje en een klein slaapvertrek. In dat laatste zijn meubels, gereedschappen en persoonlijke eigendommen van de opvarenden teruggevonden. Daaruit blijkt dat het schip met alles erop en eraan als gevolg van een ongeluk is vergaan.

Volgens archeoloog Erik Graafstal is het schip een unieke tijdscapsule die veel vertelt over het dagelijks leven op een binnenvaartschip in de bloeitijd van het Romeinse Rijk.

Leidsche Rijn is volgens de archeologen van de gemeente een van de belangrijkste vindplaatsen van schepen uit de Romeinse tijd in Noordwest-Europa. De Meern 1 is gebouwd rond 150 na Chr. en tot het jaar 200 in gebruik gebleven. Daaruit bleek dat dit soort schepen veel langer gebruikt werden dan tot dan toe werd aangenomen. Verondersteld wordt dat dit soort schepen gebruikt werden door ingenieurs en bouwlieden van het Romeinse leger.

Ben Hendriks filmde de terugkeer van De Meern 1