Cultureel ondernemen en de nieuwe Tuinzaal

'Een goede maaltijd, een drankje, een congres of een presentatie, dat kan bij ons'. Het gaat hier niet om een nieuwe horecazaak, nee, dit is het Centraal Museum nieuwe stijl. Cultureel ondernemen heet dat. De eerste stap is gemaakt met de nieuwe Tuinzaal.

De Tuinzaal, de entree ervan zit aan de Nicolaasdwarsstraat en tot voor kort was het de ruimte voor de mannen en vrouwen van het Centraal Museum die de techniek doen en tentoonstellingsmateriaal ontwerpen. Die afdeling is nu verhuisd naar een pand bij het Dick Brunahuis.

Het is een plek met historie want toen op die plek rond 1830 een kazerne werd gebouwd waren dit de stallen voor de paarden van de cavalerie. Toen het een museum werd bleven de stallen lange tijd leeg staan, behalve dit pand dat de Tuinzaal werd genoemd en dat gebruikt werd voor tentoonstellingen.

Vandaag, vrijdag, wordt de nieuwe Tuinzaal aan de eerste test onderworpen. Er is dan een grote borrel vanwege de opening van een nieuwe expositie Mode, de Musical. En op zich is dat goed nieuws voor de grote vaste groep genodigden die graag proosten op de nieuwe exposities. Dat moest tot voor kort in de krappe refter waar je onmogelijk je kont kon keren dan.

Met de Tuinzaal gaat het museum er dus flink op vooruit als het er om gaat grote groepen een plekje te geven. Maar het is niet de bedoeling daar iedere dag borrels te geven, dat kost geld. De Tuinzaal moet geld opleveren met verhuur aan evenementen enzovoort, want de begroting van het museum vereist dat er meer eigen inkomsten zijn. Overigens geldt dat ook voor de rentmeesters van de ernaast gelegen Nicolaïkerk, want de Tuinzaal, en de achterliggende museumtuin, is een samenwerking tussen de kerk en museum.

En dus was het niet directeur Edwin Jacobs die eerder deze week de pers rondleidde in de compleet verbouwde Tuinzaal, maar zakelijk directeur Marco Grob, de man van de centen. En naast hem stond ook Chantal Bleeker die sinds kort de baas van de afdeling Commerciële Zaken is (voordeel van cultureel ondernemen is dat er meer mensen nodig zijn en dat het dus banen oplevert).

Natuurlijk gaan de kosten de baat vooruit, ook bij de Tuinzaal en is er flink geïnvesteerd om er een gelikte ruimte van te maken die plek biedt aan 10 tot wel 150 mensen. En om de reclame voor dit pand compleet te maken, het gaat om twee verschillende zalen die ieder apart te gebruiken zijn. Gelukkig voor het museum waren er enkele fondsen en de gemeente Utrecht bereid een financiële bijdrage te leveren aan de verbouwing, altijd handig als je nog aan het culturele ondernemen moet beginnen.

De Tuinzaal is het eerste onderdeel van een veel grotere verbouwing van het Centraal Museum. De entree gaat weer naar de voorkant van het gebouw aan de Agnietenstraat, de huidige entree wordt een bar en restaurant en er komt een glazen brug tussen de Refter en de voormalige stallen waar nu de grote tentoonstellingen plaatsvinden. Die stallen krijgen een grote onderhoudsbeurt want op veel plekken zijn er lekkages. En niet te vergeten, ook het Dick Brunahuis, aan de overkant van het museum in het voormalige dolhuis, wordt komend jaar gerenoveerd.

Het museum stond ook voor de taak een betere bewegwijzering te bedenken voor de verschillende historische panden waarin het gevestigd is en waar je inderdaad in de wirwar van gangetjes en zalen behoorlijk kunt verdwalen. Volgens de zakelijk directeur kwam alles dus zo'n beetje samen en was het dus tijd voor een goed plan waarbij het museum een betere en meer open uitstraling krijgt naar de omgeving. En dat gaat verder dan het gebouw alleen, in samenspraak met buurtbewoners en de kerkrentmeesters wordt ook gewerkt aan een nieuwe inrichting van het Nicolaaskerkhof. Niet dat de parkeerplekken voor auto's daar verdwijnen, maar de locatie wordt handiger ingericht, zegt Grob.

Ook de museumtuin wordt helemaal vernieuwd en vanuit het toekomstige restaurant kun je daar vanaf volgend jaar zo het terras op. Chantal Bleeker, de commercieel manager glundert bij het idee alleen al en ze haast zich te melden dat het restaurant ook buiten de openingstijden van het museum geopend zal zijn, wat ook voor de Tuinzaal geldt.

Of de lokale horeca er blij mee is, met dit (toch een beetje gesubsidieerd) cultureel ondernemen? Laten we als stadsconsument vrolijk blijven: het Centraal Museum wordt meer van de stad, krijgt een frissere uitstraling en er komt een mooie nieuwe plek bij om te verblijven want die museumtuin wordt echt bijzonder. Lang leve het culturele ondernemerschap.

Ton van den Berg

Verslaggever