Middeleeuwse topstukken in Catharijneconvent
Gepubliceerd: donderdag 31 oktober 2019 10:18
Door Ton van den Berg - Het is eigenlijk maar een kleine expositie van circa 40 stukken, maar bijzonder is het: North & South, Europese topstukken herenigd. Nog te zien tot 26 januari 2020 in het Catharijneconvent.
Waarom het zo bijzonder is? Omdat om zeer oude en ook zeer zeldzame beeldhouwwerken en schilderingen gaat van kunstenaars die werkten in de zogeheten periode van de hoge middeleeuwen (ca. 1100-1350). De houten beelden en de houten panelen die ze beschilderden met bijbelse figuren, vooral Maria en Jezus Christus, werden gebruikt bij altaren in kerken. In Nederland zijn dat soort voorstellingen en kunstwerken vrijwel allemaal verdwenen in de tijd dat de reformatie speelde en beeldenstormen voor een kaalslag in kerken zorgde.
De in het Catharijnconvent getoonde kunstwerken komen uit het noorden (Noorwegen) en het zuiden (Spanje) van Europa. Op daar geisoleerde plekken bleven de houten panelen gespaard voor beeldenstormen. Volgens conservator Micha Leefland biedt de expositie nu de kans te zien wat er volgens haar in Utrechtse kerken zoals de Pieterskerk en de Domkerk vroeger te zien moet zijn geweest.
Museum Catharijnconvent beschikt zelf over slechts één (deels beschadigd) Mariabeeld uit die periode (circa 1240) en is een van de oudste objecten van het museum. Het beeld toont veel overeenkomsten met de beelden en schilderingen die uit Catalonie en Noorwegen naar Utrecht zijn overgebracht.
Ondanks de afstand van zeker 3.000 kilometer hebben de figuren op de panelen uit noord en zuid allebei langgerekte vingers, roodbruine krullende lokken en lopen de wenkbrauwen in één lijn door in de neus. Gastconservator Justin Kroesen zegt daarover: ‘Ik werd getroffen door de opvallende overeenkomsten: dezelfde typen, vormen, stijlen en beeldtaal. Het geeft een heel bijzonder gevoel dat we hier een fundamenteel aspect van de Europese cultuurgeschiedenis blootleggen: de eenheid tussen noord en zuid die in middeleeuws Europa ontstond door de verspreiding van het christendom.’
Een van de meest spectaculaire objecten in de tentoonstelling, zowel qua afmetingen als kwaliteit, is het plafondbaldakijn uit Vic. Het gaat hier om een permanente ‘hemel’ boven het altaar. Dezelfde iconografie (beeldtaal) is aangetroffen op houten baldakijnen en altaarfrontalen in Noorwegen.
Wat volgens het Catharijneconvent ook een topstuk genoemd mag worden, is het Olav-frontaal uit Trondheim. Sinds het ontstaan, ruim zeven eeuwen geleden, heeft het frontaal Noorwegen slechts één keer verlaten. Het heeft in Noorwegen ook de status van wat bij ons de Nachtwacht is. Nu mag het paneel bij hoge uitzondering op reis voor de tentoonstelling. De Noorse media waren bij de opening van de expositie volop aanwezig om er verslag van te doen.
Dat de middeleeuwse topstukken de tand des tijds hebben doorstaan, is volgens de conservatoren te danken aan hun geografische ligging. Beschermd door de Pyreneeën in het zuiden en de fjorden in het noorden, zijn alleen in Catalonië en Noorwegen deze vroege stukken bewaard gebleven, vaak in kleine en afgelegen dorpskerken.
Wat nergens bewaard is gebleven is een compleet altaar met alles erop en eraan. In de expositie hebben de organisatoren daarom in de laatste zaal een poging gewaagd een voorstelling van zo'n compleet altaar te maken en dat is met de moderne middelen van video - en de echte geur van wierook - heel goed gelukt.
Micha Leeflang: ‘Voor het eerst kunnen we nu op basis van de prachtige kunst uit noord en zuid een compleet beeld schetsen van het altaar uit de periode 1100-1350. Deze unieke tentoonstelling brengt een vergeten stuk van onze geschiedenis in beeld’.
Zie ook: Catharijneconvent