September jongstleden kwam er een muurgedicht van Esther Jansma (1958) achter het Hieronymusplantsoen. Het was pas de eerste van deze gelauwerde Utrechtse dichter in onze openbare ruimte.

Dat is opmerkelijk, want ze schreef meer gedichten die verbonden zijn aan Utrechtse plekken. Nieuws030 heeft toestemming gekregen er vijf te publiceren. Dat doen we in een korte wekelijkse serie. Hier vindt u deel 1deel 2deel 3 en deel 4.

Deze keer deel 5 (slot): 'De verzamelaar' uit de bundel Alles in nieuw (Arbeiderspers, 2005).
  

De verzamelaar

Dit is niet op zolder gevonden maar in de grond
van de zaak hetzelfde als spullen die resten
na een moderne dood, verkommerd slap afval
in de handen van de erfgenaam, ik, verzamelaar.

Het is geen verlangen naar iets hogers dat me drijft
naar de diepte, het is klein en schaamteloos, het is kleertjes
die de vuilnisman liet liggen– oneffen plaveisel geworden,
verregend – oprapen om te weten hoe het was.

Het is rotzooien, het verdwijnen achterna, de mensen
van vroeger, brokjes van het denken, volgordes
die tot handelen leidden – het schaven van hout

het knippen van kleertjes – momenten, lang geleden
die er echt zijn geweest en die echt zijn
verdwenen tot iemand ze vasthoudt, terugleest.

  
-   
Inspiratie voor dit gedicht haalde Esther Jansma uit de vuilnisophaalplaats op de hoek Herenstraat/Jeruzalemstraat.

(JT)