Welvaart Utrecht 69 - Fiets heeft eigen status gekregen
Gepubliceerd: vrijdag 8 september 2017 08:00
De rubriek Welvaart Utrecht over de opkomst van de stad in de afgelopen vijftig jaar, iedere maandag, woensdag en vrijdag in Nieuws030. Vandaag deel 69.
Louis Engelman - Utrecht is een fietsstad bij uitstek geworden. Je hoeft maar om je heen te kijken om dat te constateren. Sinds jaren is het gemeentelijk beleid daar ook op gericht. Zowel de vorige verkeerswethouder Frits Lintmeijer als de huidige Lot van Hooijdonk (beiden GroenLinks) hebben er fors op ingezet. En met resultaat. Vorig jaar werd er in totaal 800.000 keer gebruik gemaakt van de gemeentelijke fietsenstallingen.
‘De fiets is de belangrijkste verkeersdeelnemer geworden in de bebouwde kom’, vertelde Siert de Vos, de secretaris van de Projectorganisatie Stationsgebied, mij vorig jaar in interview voor deze site. ‘Werd eerst de auto maximaal geaccommodeerd, nu is het de beurt aan de fiets. Je kunt dat een revolutie noemen in de verkeersvisie van Utrecht.’
In het ‘Coalitieakkoord’ van het college van b. en w. is dat beleid nog eens onderstreept. Daarin is vastgelegd dat de fiets en de voetganger de belangrijkste vormen van vervoer in de stad zullen blijven. Dat betekent ook dat wordt verder gegaan met het aanleggen van ‘een verfijnd net van comfortabele fietsroutes’. Mede om de luchtkwaliteit en gezondheid te verbeteren.
In dat kader wil de gemeente binnen de ‘milieuzone’ vanaf 2020 alle verouderde vieze scooters weg hebben. Wie zo’n vervoermiddel inruilt krijgt daarvoor een sloop- en vervangingssubsidie.
Vorig jaar kwam Utrecht bovendien met het plan ‘Slimme Routes, Slim Regelen, Slim Bestemmen’. Ook daarin moet de auto inleveren. Doorgaande wegen worden zoveel mogelijk verbouwd tot stadsboulevards zonder dubbele rijbanen. De vrijgekomen ruimte komt ten goede aan het openbaar vervoer, de fietsers en voetgangers.
Dat dit beleid ook weleens anders kan uitpakken blijkt op de Lessinglaan. De boulevard daar staat nu iedere ochtend en avond vol uitlaatgassen dampende auto’s die meter voor meter opschuiven. Het kost de automobilist bijna een half uur om Oog in Al te passeren en de rijksweg te bereiken. Is dat echt de bedoeling?
Dat neemt niet weg dat het oordeel over de auto in de loop der jaren bij velen is gewijzigd. Dit vervoermiddel is allang niet meer de ‘heilige koe’ en symbool van vooruitgang en welvaart zoals in de jaren vijftig. Met name binnen de bebouwde kom wordt daar nu heel anders over gedacht, vooral door de jonge generatie. Sterker nog: de fiets heeft haar eigen status gekregen. Die stijgt voor sommigen ver boven het bezit van een personenwagen uit.
Dat is ook af te zien aan de variatie van luxe stadsfietsen, met of zonder bagagerek boven het voorwiel, en soms futuristisch vorm gegeven. Om niet te spreken van de toename van met kinderen volgepropte bakfietsen, al dan niet elektrisch aangedreven.
Volgens de Fietsersbond zijn de rood geasfalteerde fietsstraten een groot succes. Voorzitter Peter van Bekkum noemde ze in de krant van DUIC ‘geweldig’. Hij vermeldde daarbij met name de Prins Hendriklaan, Leidseweg en Merelstraat. Minder te spreken is hij over de herinrichting van de Tolsteeg- en Maliesingel, waar de automobilisten te vaak op de fietsstrook terecht komen en de fietsers wegduwen. Daar zullen volgens hem nog extra maatregelen moeten worden genomen.
Ook al is het autobezit in Nederland feitelijk toegenomen, toch heeft dit vervoermiddel z’n sexy imago grotendeels verloren. De groei in Utrecht is vooral te wijten aan de uitbreiding Leidsche Rijn, dat nog op autovervoer is gebouwd.
In andere delen van de stad is hij op de terugweg. Vanwege plaatsgebrek, hoge parkeertarieven en een principiële keuze ‘tegen’. De heilige koe is met name voor jongeren een ‘vervuiler’ geworden die je liever niet in je buurt hebt. Niet voor niets is het systeem van deelauto’s tegenwoordig zo populair.
Overigens besloot de stad al jaren geleden om het doorgaande autoverkeer uit het centrum te weren. Wie van oost naar west wil, of omgekeerd, kan niet meer zoals vroeger de route Vredenburg-Viestraat-Potterstraat nemen. Die is aan het openbaar vervoer en taxi’s voorbehouden. Dat scheelt behoorlijk in de vervuiling. Zeker nu ook de bussen op schonere motoren zijn overgegaan. Lijn 2 rijdt al helemaal elektrisch en bus 1 gaat daar ook op over.
Wel is het aan mensen, die niet bekend zijn in Utrecht, moeilijk uit te leggen hoe je van het ene naar het andere stadsdeel moet zien te komen. Ik ben benieuwd hoe zich dat gaat ontwikkelen nu de daartoe aangewezen ringweg ook op de schop gaat.
Deze vierbaanswegen worden versmald tot ’30 km-stadsboulevards’, waardoor zowel de geluidsoverlast als de luchtvervuiling moet worden teruggedrongen. Dat effect moet ook komen van ‘knips en versmallingen’ die het de automobilist onaantrekkelijk willen maken de stad binnen te gaan. Liever ziet Utrecht dat ze hun wagen in ‘transferia’ aan de randen van de stad parkeren om per openbaar vervoer het centrum in te gaan. Of per ov-fiets.
Volgende deel: Nog steeds niet genoeg fietsenstallingen