Heden/Verleden: Negen verloren zonen en verdampte miljoenen
Gepubliceerd: dinsdag 2 september 2014 06:00
Sportjournalist Ton de Ruiter legt sportieve verbanden tussen toen en nu, heden en verleden. Dit keer over de handel in spelers bij FC Utrecht.
Zef Geurten moet de eerste verkochte speler zijn geweest. De Limburger komt bij de fusie over van DOS. Die club heeft hem binnengehaald als de reddende engel en maakt naar de penningmeester van MVV 100.000 gulden over.
In het eenmalig verschenen FC Utrecht-jaarboek lezen we: ’Weliswaar toonde hij zich een handige dribbelaar en een virtuoos aan de bal, maar nimmer toonde Geurten zich waardevol voor de ploeg.’ FC Utrecht leent ‘Geurten in december 1970 uit aan MVV en verkoopt hem in de transferperiode aan het Belgische Tongeren.
Die eerste zomer gaan ook Rini Block, Kees van Kooten en Arno Wellerdieck naar FC Wageningen, Ton Nieuwenhuys naar Haarlem, Dick Teunissen naar HVC en de uitgeleende Jan van Renswouw via AGOVV naar Eindhoven. Het wordt een uittocht genoemd!
Daarmee vergeleken is in het heden een volksverhuizing aan de gang. Van de A-selectie op 1 februari 2014 van dit jaar – einde transferperiode - zijn Agudelo, Bulthuis, Delpierre, Derijck, Dorda, Van der Gun, Martensson, Mulenga, De Ridder en Toornstra vertrokken. Koevermans is nu spitsentrainer, Bjelica en Pappot zijn verhuurd.
Het is 1 september geweest. De rust is weergekeerd. Hoofdtrainer Alflen kent de spelers waarmee hij in ieder geval tot 1 januari 2015 werkt. Timo Letschert kwam als laatste over van Roda JC. Een verdediger en geen overbodige luxe zo toonde de wedstrijd tegen Heerenveen aan. Alflen zelf was middenvelder, Van den Ham en Koevermans aanvallers. Van wie in de technische staf van FC Utrecht leren de verdedigers iets? Een paar bijlessen van technisch adviseur en voormalig verdediger Co Adriaanse zijn welkom.
In de jaren dat hij de defensie leidt heeft de fusieclub al snel transfersommen nodig om de begroting rond te krijgen. Topscorer Groenendijk gaat naar Go Ahead, aanvaller Bonsink, naar FC Luik, de handige Van der Merkt naar FC Amsterdam, middenvelder Olsen naar Feyenoord en spits Hamberg naar het Zwitserse Servette.
Ook in de jaren tachtig gaan de beste spelers gaat in de verkoop. Zwarte betalingen en een te dure huishouding brengen de club aan de rand van de afgrond. Hans van Breukelen en zijn ploeggenoten gaan met kwartetten langs de deur. Echt helpt het bedrag dat Nottingham voor de doelman betaalt: 700.000 gulden.
In 1983 gaat spits Willy Carbo voor de hoofdprijs naar Club Brugge. In 1984 heet de melkkoe Rob de Wit (Ajax), in 1985 Mark Verkuyl (FC Groningen), in 1986 Jan Wouters (Ajax), in 1987 Erik Willaarts (Borussia Mönchengladbach), in 1988 John van Loen (Roda JC) en in 1989 Gerrit Plomp (VFL Bochum).
Utrechtse jochies die voor niets zijn opgehaald bij de amateurs. Bij de verkoop van de jonge Rob de Wit zegt voorzitter Theo Aalbers: ,,Voor dat bedrag breng ik hem op de fiets weg.’’ Zou hij het geld (350.000 gulden) op zijn fiets mee teruggenomen hebben dan was hij ergens tussen de Westertoren en de Dom absoluut overvallen. Bij de verkoop van John van Loen aan Roda JC dreigt de boze trainer Han Berger zijn contract in te leveren. De voorzitter staat machteloos: ,,We kunnen niet anders. We hebben het geld nodig voor het betalen van de salarissen.”
Ook in de jaren 90 maakt FC Utrecht mooie klappers. Voor de huidige hoofdtrainer Rob Alflen betaalt Ajax een miljoen gulden. Harry Decheiver gaat naar Borussia Dortmund, Didier Martel naar Vitesse, John de Jong naar PSV en de man van 10 miljoen Michael Mols naar Glasgow Rangers. In 1996 is Ferdi Vierklau de eerste speler die door een uitspraak van het Europese Hof voor niets de deur uitloopt. De verdediger heeft een aflopend contract en dan mag geen transfersom worden gevraagd. FC Utrecht loopt een geschat bedrag van 1,2 miljoen mis.
In 2002 wordt de euro ingevoerd. Het transfersysteem bestaat niet meer, nu moeten doorlopende contracten worden afgekocht. Opvallend is dat Dirk Kuijt in 2003 voor slechts 1 miljoen naar Feyenoord gaat. De lage transfersom is een gevolg van financiële problemen bij FC Utrecht en het niet doen van afdrachten aan het pensioenfonds door de club. Na drie succesvolle Rotterdamse jaren gaat de Katwijker voor ruim 18 miljoen naar Liverpool. Een geldbedrag bij doorverkoop heeft FC Utrecht spijtig genoeg niet bedongen.
De overeenkomst met het verre verleden en het heden is dat nog steeds het beste paard verkocht moet worden. Spelers gaan en komen, maar deze tussen 1 juli 2011 en 1 september 2014 verkochte mannen hadden we maar wat graag gehouden: Kevin Strootman, Dries Mertens, Ricky van Wolfswinkel, Jens Toornstra, Mike van den Hoorn, Steve de Ridder, Michel Vorm, Nana Asare en Dave Bulthuis. Negen verloren zonen leverde de club in drie jaar zo’n dertig miljoen euro op.
Waar is al dat geld gebleven? Justitie hoeven we niet in te schakelen. Voor zover bekend hebben bestuurders zich niet verrijkt. Maar dat een fors deel van de miljoenen verdampt is, dat is wel zeker. Clubeigenaar Frans van Seumeren keek onlangs terug op de aankopen van de Zweden Gerndt, Nilsson en Martensson en zei verbitterd: ,,Het geld van Mertens en Strootman is verkeerd besteed. Paniekaankopen hebben de club veel geld gekost, duur leergeld. De spelers zijn totaal mislukt. Ik weet wat ze hebben gekost aan transfersommen, maar ook aan salarissen. Ongelooflijk. Daarvan zitten we nu nog op de blaren.”
Zaterdag debuteerde tegen Heerenveen Kristoffer Peterson, weer een Zweed. Van hem gaan we meer plezier beleven dan van zijn drie landgenoten bij elkaar.