Jeroen Wielaert - Het Nederlands Film Festival van Utrecht naar Amsterdam. Er wordt al jaren over gesproken, bij wijze van hoofdstedelijk wensdenken in de scene van de laaglandse cinema. De gemeentelijke adviescommissie cultuurnota 2025-2028 draagt er ernstig aan bij: van 600.000 euro naar niets.

'Schande en onvergeeflijk,' oordeelt Jos Stelling, in 1980 de oprichter van de Nederlandse Filmdagen, in een vlammend stuk in De Nuk. Zijn mening wordt gedeeld door andere toonaangevende en getroffen Utrechtse cultuurorganisaties. Maar is er ook echt een kaalslag gaande?

Utrecht is het Cannes van Nederland, voor de Nederlandse film. In al zijn gedrevenheid initiëerde Jos Stelling een unieke gelegenheid voor samenspraak van vaderlandse filmmakers, met brede vertoning van laaglandse cinema. Het was wel lastig in het begin, toen de Nederlandse film nog in matig aanzien stond, vergeleken met wat er uit Hollywood, Frankrijk en Italië kwam. Er is in ruim veertig jaar heel veel verbeterd. Reden genoeg voor een Nederlands Filmfeest in de plaats waar het hoort: Utrecht.

En nu zou de stad de subsidie moeten intrekken. Reden voor Bor Beekman, filmrecensent van de Volkskrant om te schrijven: 'Als de gemeente ineens de stekker eruit trekt, na 45 jaar, gaat dat over meer dan geld. Het is óók een signaal aan de lokale ondernemers, de overige sponsoren en de landelijke politiek. Dat Utrecht geen filmfestival meer wil. En dat het NFF op zoek moet naar een andere 'filmstad'.

Bor kwam tot deze betreurenswaardige conclusie na het memoreren van de verklaring van opeenvolgende Utrechtse burgemeesters over Utrecht als 'dé filmstad'. Onder Sharon Dijksma doet de stad hetzelfde als oud-inwoner Rijk de Gooijer: het Gouden Kalf uit het raam smijten.

Omslag van de cultuurnota.

Het NFF is publicitair zo belangrijk dat het de meeste aandacht krijgt over de aanbevelingen van de adviescommissie. Het doet pijn, maar sterkt de commissieleden wellicht in hun onverschrokken, wel afgewogen oordelen onder leiding van voorzitter Farid Tabarki, man die de toegenomen inclusiviteit in het vaderland belichaamt. Ook in Utrecht is de tijd voorbij dat cultuurbobo's Jansen heetten.

Kleur Bekennen. Dat is de titel van de adviescommissie Cultuurnota 2025-2028. Het voorwoord van Tabarki begint heel opgewekt: ''Als commissie hebben we met bewondering en prettige verwondering gekeken naar de talloze initiatieven, organisaties en kunstenaars die zich inzetten voor een bloeiend cultureel landschap, gedragen door een diep maatschappelijk bewustzijn en een onmiskenbaar besef van urgentie.'

Tabarski constateert dat de stad en de cultuur in een periode van transitie zijn beland: 'In deze tijd van transformatie en verandering spelen kunst en cultuur een cruciale rol in het reflecteren op en het verwoorden, verbeelden en ervaren van de tijdgeest en mogelijke toekomsten. Soms met als doel om mensen te verbinden. Soms met als doel om mensen door elkaar te rammelen. En soms met als doel om dichter bij het sublieme te komen. Het is allemaal van cruciaal belang omdat het Utrechters in staat stelt om iets van zichzelf of van anderen te herkennen.'

Kleur bekennen is volgens Tabarski een levenshouding. Hij sluit af met: 'Het maakt het mogelijk om met elkaar door de tussentijd te navigeren en de stad met elkaar vorm te geven door middel van inspiratie, ontmoeting en groei. Hopelijk stelt het iedereen nog beter in staat om de kleuren van de stad te laten stralen.'

Het is precies daar waar een aantal instellingen volkomen verbleken en andere mogen blijven stralen. Het rapport telt 172 pagina's en behandelt 105 aanvragen. Het geeft iets aan over het grote culturele aanbod in Utrecht. Daarin heeft de adviescommissie pijnlijke en verheugende keuzes gemaakt in een stad die voor enorme bezuinigingen staat vanaf 2025.

Het Nederlands Film Festival is niet de enige partij die nul op het rekest krijgt. Het zijn er in totaal 26, waaronder het net weer begonnen Tweetakt (had 490.000 Euro gevraagd), Bak, basis voor actuele kunst (700.000), Het Huis (550.000), Museum van Zuilen (66.500), Landhuis Oud Amelisweerd (70.000), IMPAKT (270.000), PAKS Music (Performing Arts Kika Sprangers) (20.000), Rosa Ensemble (140.000), Zaterdagmiddagmuziek Domkerk (50.000), De Coöperatie (188.567), Freaky Dancing (85.000), Insomnio (150.000), De Vechtclub (293.000), Lucrative Dumpster Dives (264.267), Residenties in Utrecht (266.827) en Utrechtse Klokkenspel Vrienden (20.000).

Het zijn verschillende festivals, gezelschappen, instituten. De een is bekender en kwestbaarder dan de andere en de bedragen lopen sterk uiteen. In totaal komen de 0-adviezen uit op ruim 5 miljoen euro. Het is genoeg om vol verdriet en protest over een culturele kaalslag te roepen.

Dat gebeurt niet uit de hoek die bij het bekennen van kleur het volle pond heeft gekregen, in veel gevallen het gevraagde bedrag. Het zijn er totaal 67.

Als 10-jarig, internationaal vermaard pronkstuk van de stad, krijgt TivoliVredenburg een prachtig advies: €12.649.603,– per jaar.

Over de miljoen gaan ook:

Museum Speelklok (1.139.490),
Zimihc (1.644.530)
en Theater Kikker & Podium Hoge Woerd (1.936.413).

Op de jubelranglijst staan verder:

De Dansers (150.000),
Het Wilde Westen (307.478),
Le Guess Who? (350.000),
Stut Theater (390.000),
Theatergroep Aluin (290.000),
Zuilens Fanfare Corps (39.000),
International Literature Festival Utrecht (360.000),
Spring (569.832),
Nederlandse Bachvereniging (70.000),
De Nijverheid (189.429),
De Parade (75.000),
EKKO (643.619),
CaféTheaterFestival (154.000),
De Helling Utrecht (497.000),
Volksbuurtmuseum (209.750),
Appeltaartconcerten (40.000),
Gluren bij de buren (20.000),
Kunstliefde (172.000),
Mooie Woorden (150.000),
Gaudeamus (330.220),
Meneer Monster (100.000),
Het NUT (Nieuw Utrechts Toneel (260.000),
Possibilize (50.000),
Sint Maarten Parade (262.495)
en het Utrechts International Comedy Festival (60.000).

Het is maar een greep die laat zien hoeveel er nog overeind blijft met gemeentelijke subsidies die een veelvoud van 5 miljoen bedragen. Curieus in dit alles is Filmtheater ’t Hoogt dat al jaren niets toe te voegen heeft en toch een advies van 300.000 krijgt. Hier gaat iets onmiskenbaar scheef, gelet op de 600.000 die het Nationaal Film Festival nu dreigt te verliezen. Dit is volslagen absurd. Er rammelt iets in de commissie zelf. Waarom het Stuttheater wel en Tweetakt niet? Wel het Volksbuurtmuseum en niet het Museum van Zuilen? Zo zijn er nog meer vragen. De belangrijkste: of er bij de rijkst bedeelden niet iets af kan, ten gunste van hen die een 0 hebben moeten lezen.

Eind van de maand moeten college en raad zich uitspreken. Daarmee kunnen zij, na grondige lezing van het adviesrapport, kleur bekennen over de Utrechtse cultuur tot 2028 en wie toch veel beter verdienen dan een klap in hun geliefde gezicht.


Wil je de adviesnota zelf lezen, die is klikhier te downloaden.

Columnist Jeroen Wielaert in 2013 met filmproducent Marc van Warmerdam. Foto: Ton van den Berg