Henk Westbroek - Toen pakweg heel veel jongeren spijbelden om in Den Haag voor een beter milieu te demonsteren, dacht ik; dat kunnen ouderen ook. Demonstreren bedoel ik, want oudjes hoeven niet meer te spijbelen.

Net toen ik daar een actie voor wilde beginnen schoot me te binnen dat tientuizenden ouderen op het binnenhof weggezet zullen worden als ’de rollatorbrigade’. En dat bij Jinek enkele deskundigen zullen gaan vertellen dat deze demonstratie hypocriet is omdat bejaarden immers zelf de schuld zijn van alle milieuvervuiling en het gebrek aan elfstedentochten. Ook acht ik de domste twitteraars in staat om alle oudjes over een kam te scheren door ze te verwijten dat ze collectief dement geworden zijn. Dat is allemaal niet motiverend als je idealistisch bezig bent.

Gelukkig ben ik niet voor 1 demonstratiegat te vangen want ik bedacht wat anders. We gaan de volgende keer gewoon met de jeugd meedoen. Het wordt dan een gemengde demonstratie voor een beter milieu en tegelijkertijd ook heel wat drukker.Twee vliegen in 1 klap. Totdat me te binnen schoot dat progressieve partijen als DENK gemengd zwemmen al verderfelijk vinden, laat staan gemengd demonstreren. En aan een keiharde tegendemonstratie van DENK die niks met het milieu maar alles met de opvattingen van Erdogan te maken heeft, moet je op zo’n dag niet denken.

Ineens schoot me te binnen dat ik een jaar of tien geleden in Hoog Catharijne in dienst van de Gemeente iets over het milieu presenteerde. Wat grappig was want de ambtenaar die me vroeg vertelde er eerlijk bij dat ik vijfde keus was omdat Ingmar Heytze, Claudia de Breij, Vincent Bijlo en Joris Linssen verhinderd waren en de bijeenkomst helaas niet verzet kon worden. Maar goed, het werd een  aangename middag want toevallige passanten mochten via mij aan wethouders en andere bestuurders vragen waarom bepaalde milieumaatregelen niet genomen werden. En andere juist weer wel.

Ik was toevallig net terug uit Engeland waar een grootwinkelbedrijf  besloten had geen plastic tasjes meer aan klanten te verstrekken. Maar je kon wel voor 1 euro een stevige boodschappentas kopen. En die tot in de eeuwigheid gratis inruilen als die versleten was. ”Waarom neemt Utrecht het milieuvoortouw niet en verbied ze in alle winkels het verstrekken van plastic tasjes niet?”, vroeg ik aan de wethouder van milieu. ”Uit ervaring weet ik namelijk, dat toen die plastic tasjes nog niet bestonden er niemand van de honger omkwam in onze stad.”

Het antwoord kwam er op neer dat Utrecht de te verwachten Europese wetgeving op dit gebied niet voor de voeten wilde lopen. Alleen, die wetgeving kwam niet. Wel een flauw wetje dat voorschrijft dat je minimaal een stuiver voor een plastic tasje moet betalen. Wie dacht dat door deze milieumaatregel iedereen de moeite zou nemen om bij het winkelen een boodschappentas mee te nemen, dacht fout. Het idee dat door deze flutmaatregel de plastic soep die zeeen vervuilt en de vissen naar adem doet snakken een beetje zou verminderen, zat er ook volkomen naast. Utrecht wil gidsstad zijn op milieugebied in relatie tot alles wat auto heet, maar hoe heet wordt bij ons de plastic soep gegeten?

Deel 2 volgt.