Jim Terlingen
    

Dit is een afscheidsbriefje van de postbode die de afgelopen zeven jaar uw post bezorgde. PostNL deelt wijken opnieuw in en ik ga nu ergens anders mijn loopje doen.

Geen drama, maar ik ben wel een beetje in rouw. Want ik was aan jullie gehecht. Vandaar, met opgeheven hoofd, dit bericht. Ik woon in de buurt, dus we zien elkaar sowieso nog.
    

Niet eerder deed ik zo lang over mijn postronde Alkhof-Wulpstraat-Brugsteeg-Oosterkade-Tolsteegsingel-Looierstraat-Maliesingel als op zaterdag 14 mei jongstleden. Als ik me goed herinner stond er 1 uur en 20 minuten voor ingepland. Het werd een uur meer. 

Bij vrijwel alle adressen deed ik mijn afscheidsbriefje in de bus. Soms hoorde ik achter me (als ik was doorgelopen) 'hee postbode, wat lees ik nou?’, waarna ik terugliep en er een babbeltje volgde. Een aantal mensen wist van tevoren al van mijn afscheid en zodoende hing er op enkele adressen een lief kaartje aan de deurklink en één keer zelfs een prachtige lavendelplant. Geweldige attente, lieve reacties. 

In het briefje stond ook een verwijzing naar deze column van mij over het naderende afscheid. En omdat daarbij mijn e-mailadres staat, kreeg ik deze week ook vreselijk aardige berichtjes in mijn mailbox. Dank dank.

Een fragment uit een van de mails: 

Jammer dat de herindeling een einde maakt aan je geruststellende aanwezigheid in onze wijk. Ik hoop maar dat het management van PostNL hier niet lichtzinnig mee omgegaan is. Je column laat zien dat een postbode niet alleen post bezorgt, maar ook een sociale functie heeft, een bindende factor vormt: onze postbode. Vergelijkbaar met een wijkagent. (...)

  
Terug naar mijn laatste ronde op die zaterdag. Ik was net begonnen en liep nog op de Alkhof toen een jonge vrouw met kinderwagen me aansprak:

‘Ben jij postbode Jim?’

- ‘Eh…ja....? 

‘Nou, hier om de hoek hangen affiches met je naam op het raam en hebben ze de straat voor je versierd’. 

Ik kromp ineen en kreunde. Ik hoopte eigenlijk verschoond te blijven van al te veel emoties, maar dat ging me zo te horen niet lukken.

De Wulpstraat bestaat voor een deel uit nieuwbouw en voor een deel uit monumentale woninkjes die in 1938 zijn gebouwd. De mensen uit dat oudere deel zijn van een apart slag. Zeer open en communicatief. Veel mensen die er in hun eentje wonen.

Ze houden gezamenlijk het groen bij en borrelen met een zekere regelmaat op het veld dat voor hun huizen ligt. Meteen was het ‘postbode, kom je er ook bij?’ Mensen die er al langer wonen, trekken de nieuwelingen mee in hun sfeer en zodoende blijft er samenhang. Dat kan dus in een stad in de 21e eeuw.

Alle 22 monumentale huizen hadden deze zaterdag geprinte A4’tjes met lieve teksten. Er hing zelfs een vlag uit. Op deuren hingen briefjes en soms ook envelopjes waarop stond ‘meenemen’. Eéntje mag ik pas op 31 december openmaken. Ja, die is van die lieverd die me wel eens een oud-en-nieuw-fooi geeft.

Een selectie van de foto's die ik deze zaterdag op de Wulpstraat heb gemaakt.

    
Mijn tocht door deze straat was eigenlijk te veel voor deze postbode. Ik sloot mijn gevoel af. Maar gelukkig heb ik de foto’s nog.

En ik weet zeker dat de Wulpstraat ook mijn opvolger warm zal ontvangen. 

   
PS. Ik loop nu mijn rondje ergens anders in Utrecht. Op mijn eerste dag daar was het wat stil, totdat ik iemand vanaf de fiets hoorde roepen 'Hee Jim!'. Dat was een bewoonster van, u raadt het al, de Wulpstraat.

PS2. Onze collega's van De Nuk plaatsten een jaar geleden dit leuke filmpje over deze straat.

   

Zie ook: www.jimterlingen.nl
Reacties: terlingenschrijft@kpnmail.nl