Raymond Taams - Toen ik eind juli de deur van mijn appartement achter mij dichttrok om een paar weken naar Zwitserland te gaan, was het daarbinnen een behoorlijke puinhoop, kleren, boeken en losse velletjes lagen wijd uitgespreid op de laminaatvloer, die ik ook al een tijdje niet gestofzuigd of gedweild had.

Blijkbaar ben ik niet iemand die zijn huis geordend en kraakhelder wil achterlaten als hij op vakantie gaat, ik ken eerlijk gezegd best veel mensen voor wie dit wel geldt, wijlen mijn moeder bijvoorbeeld, zij maakte eind 2016 haar laatste reis, het was tevens de eerste reis waarbij niet én de badkamer én de wc én de keuken grondig gepoetst achterbleven.  

Op mijn vakantiebestemming, liggend bij het zwembad of nippend aan een koffie, moest ik regelmatig denken aan de wanordelijke spullenverzameling die zeshonderd kilometer verderop onaangeroerd op de laminaatvloer lag.

De inhoud van mijn kleine, overzichtelijke appartement bevond zich wekenlang in een statische toestand, het onophoudelijke proces van kopjes op het aanrecht zetten, boodschappen opbergen, kleding in de wasmachine stoppen, stoelen verschuiven, enzovoort was op 30 juli rond tien uur ‘s ochtends plotseling tot stilstand gekomen.

‘Wat kan mij dit godverdomme schelen?’, denkt u, en u heeft gelijk, welkom bij de vierde aflevering van Negativi-tijd!, mijn wekelijkse oergezellige oudewijvenpraatje.

De vakantie ligt achter ons, het is de eerste week van september, de realiteit van de dagelijkse ratrace rond de Domtoren lijkt nimmer te zijn weggeweest. Energetisch vraagt dit veel van uw lichaam, omdat dit zo’n knusse service-rubriek is, geïnspireerd op het vroegere ‘Koffietijd!’, waar ook altijd aandacht was voor de nieuwste kapsels en een gezonde levensstijl, ga ik deze week eens lekker tuttebellen over uw energetische, innerlijke mens, met name waar het gaat om de balans tussen positieve en negatieve energie, en hoe u deze twee van elkaar kunt onderscheiden.

Als voorbeeld nemen we de manier waarop ik vanmorgen mijn dag begon. Om half negen stond ik op, pakte mijn telefoon en opende WhatsApp. In een groep die ik professioneel volg, had ene Joost een aankondiging van een tijdelijk museum gezet, zijn bericht werd onmiddellijk gevolgd door een passief-agressieve reactie van ‘Ine’. 

‘Leuk hoor, maar is het rolstoelvriendelijk of hebben jullie je daar niet in verdiept?’, schreef zij. ‘Hoi Ine, ik heb een Instagram-account waarop ik screenshots van passief-agressieve opmerkingen op internet verzamel, mensen vinden dit leuk en herkenbaar, iedereen heeft immers wel zo’n gefrustreerde buurman of tante. Het negatieve vertrekpunt van je vraag is een loepzuiver voorbeeld van de passief-agressieve ondertoon, mag ik hem gebruiken?’, overwoog ik te informeren.

Omdat een eventuele uit mijn geestige vraag voortvloeiende digitale discussie zou bijdragen aan het totale aantal minuten WhatsApp-gebruik in Nederland, en daarmee aan een positief bedrijfsresultaat voor Meta, het bedrijf van Facebook-oprichter Mark Zuckerberg, liet ik de negatieve energie van Ine met rust.  

Laat u de negativiteit om u heen deze week eens gewoon bestaan, kijk ernaar, glimlach erom, in het zalige besef dat negatieve energie ons systeem zal slopen.