Raymond Taams - Enkele weken geleden maakte de Utrechtse wethouder Lot van Hooijdonk haar aftreden bekend, sindsdien regent het meningen over haar. Omdat Van Hooijdonk zich vooral bezighield met duurzaamheid, en ik liever geen artikelen lees waarin het woord ‘duurzaamheid’ voorkomt, vind ik het lastig om hier een inhoudelijke mening aan toe te voegen. 

De reden dat ik mij niet voor duurzaamheid interesseer, is overigens dat ik het leven van zichzelf al zo duurzaam vind. Ik heb er ruim drieënveertig jaar opzitten, dit was geen kattenpis, misschien komen er nog eens dertig of veertig bij, eerst maar eens zien hoe ik dat ga bolwerken voordat ik mij eventueel op het onderwerp duurzaamheid stort.

Over Van Hooijdonks politieke stijl kan ik wel iets zeggen, ze gunde mij en pakweg dertig andere journalisten tijdens een relatief besloten bijeenkomst namelijk eens een inkijkje in haar opvattingen over democratie. Het gebeurde op de ‘mediaborrel’ die het college van burgemeester en wethouders jaarlijks organiseert om informeel met journalisten te kletsen.

Glad ijs natuurlijk, want de bestuurders van de stad trakteren ons op hapjes en drankjes, wellicht in de hoop kritische verslaggevers iets milder te stemmen. Gelukkig deed burgemeester Sharon Dijksma in haar welkomstwoord haar democratische plicht door te verklaren dat wij vooral door moesten gaan met dingen schrijven die het college niet leuk vindt.

“Nou, nou, nou…”, snoefde wethouder Van Hooijdonk daarop semi-humoristisch, wat tot ongemak leidde omdat Lot toen al vele moties van wantrouwen op haar naam had staan. Misschien is het gemeen en klikspaan-achtig dat ik dit jaren later zo opschrijf, aan de andere kant: het zijn serieuze tijden en daarin kunnen we arrogante politici missen als kiespijn.

Hoewel ik zeker tot de Utrechters behoor die blij zijn dat ze eindelijk vertrekt, gun ik Lot Van Hooijdonk een zeer duurzaam en gelukkig leven na haar wethouderschap.