Bernadette Slotman -  Rondom het afsterven van de oude imposante beuk bij het Wilhelminapark ontstond in 2020 een heel ritueel. De gemeente zette zich volop in om de beuk zo lang mogelijk voor de stad te behouden. Kosten nog moeite werden gespaard. Maar hoe vergaat het willekeurige bomen in onze stad? 

De zorgvuldigheid, de aandacht en de werkwijze rondom de oude beuk in het Wilhelminapark wijkt schrijnend af ten opzichte van andere, jongere bomen die nog toekomst hebben.

Ten behoeve van het bouwen van een aantal carports zijn op het terrein van Tolsteegsingel 2 van twee 40-jaar-oude acacia’s, met een hoogte van circa 15 meter, bijna de helft van de wortels afgegraven.

De wortels zijn afgegraven

De ingediende bezwaarschriften van omwonenden, die op de beschadiging van de wortels wezen, zijn ongegrond verklaard. In Utrecht is deze werkwijze bij het binnenstedelijk bouwen dus toegestaan. De stammen zijn immers tijdens de bouwwerkzaamheden voldoende afgeschermd. Op grond van de regelgeving is dit voldoende. 

Acacia’s wortelen oppervlakkig. Wortels die het dichtst bij de stam zitten, zijn de stabiliteitswortels. Deze zorgen ervoor dat de boom niet omvalt. Bij beschadigde boomwortels kan de boom vaak nog jaren gezond lijken en dan opeens ziek worden of zelfs omvallen. Geen maatregelen zijn vereist ten behoeve van de stabilisering van deze reuzen. Deze acacia’s vormen nu een gevaar voor de aangrenzende woningen.

Maar de ellende op deze bouwlocatie is nog niet voorbij. Op de nominatie staan een appelboom, een tamme kastanje - beide circa 8 meter hoog -  en een hazelaar. Deze bomen dragen nu volop vrucht: goudrenetten, tamme kastanjes en hazelnoten. Een mini voedselbosje. Ook van deze bomen zullen de wortels bijna gehalveerd worden ten behoeve van te bouwen bergingen.

De dagelijkse realiteit rondom bomen op een bouwlocatie staat in schril contrast met de toewijding rondom een oude beuk.