Fred Penninga - lid van het Utrechtse Stadsdichtersgilde - schrijft wekelijks een actueel stadsgedicht. Dit keer onder de titel:

MIDZOMERGRACHT

Foto's: Ton van den Berg

De boten voeren als galijen door de smalle gracht

maar nergens zaten er half ontblote mannen aan spanen

ook sloeg geen zware roertrom een dof gedreunde maat.

De hele Canal Pride was vrij van slavernij, zo leek het wel.

    Ik zag wel hoe je zoekend naar de werven keek

    of er tussen het publiek misschien wel iemand was

    waar je een vonk naartoe kon laten overslaan.

    Te gehaast zond ik ’n vonk – verpakt in een

    mislukte glimlach, een grimas – die halverwege

    sissend, smeulend in het water viel en zonk.

Veel later meerden alle boten deinend, dansend af

werd er alom gestreeld, gehugd, gekust en

met een matrozenpet naar de zon gegooid.

Het beste is te blijven hopen, want je weet maar nooit.

Foto: Ton van den Berg

Foto: Ton van den Berg