Fred Penninga - lid van het Utrechtse Stadsdichtersgilde - schrijft wekelijks een actueel stadsgedicht. Dit keer onder de titel:

-

GEDICHTENWEEK

De dichter Guillaume van der Graft kreeg als eerbetoon
een gedenksteen aan de gevel van zijn laatste woning.
De tekst spreekt voor zichzelf, zoals veel van zijn poëzie;
zie de zes cursieve regeltjes hierna. . . ongewoon gewoon.

Wat is de hel dan

kou, nacht en leegte?

Geen sprake van verdoemenis, of het eeuwige branden
in verzengende hitte. Veel te plastisch en bombast.
Kou en nacht vormen het houvast voor de lege handen.

En de hemel? Een
dag in mei.

Het hiernamaals als vooruizicht heeft z’n langste tijd gehad.
De hemel kan bewezen worden met de praktijk van alledag.

Maar wat is de aarde dan?
Allebei.

Zo kneedt deze dichter filosofie-tot-poëzie in één kort gedicht.


- 

Op de laatste donderdag van de maand januari is het Gedichtendag; inmiddels uitgedijd naar een hele Gedichtenweek.
De gedenksteen, gemaakt door Britt Nelemans, is te vinden op Geertekerkhof 17.
De dichter Ingmar Heytze stelde een bloemlezing samen van de poëzie van Guillaume van der Graft (1920-2010): Er loopt een gedicht voor mij uit (Uitgeverij Atlas/Contact; ISBN 978 90 254 4704 5).