Nestorix - Een van de voorrechten van het opa zijn, is dat je af en toe op een kleinkind mag passen. Dus toog ik naar Nieuwegein om mij van die schone taak te kwijten. 

Natuurlijk doe ik dat met het openbaar vervoer want er is een prima verbinding met de bus en bovendien heb ik geen auto. Helemaal in de lijn met de bedoelingen van onze Utrechtse verkeerswethouder dacht ik. De fiets had ze misschien nog beter gevonden maar Buslijn 1 stopt bijna voor mijn deur en via een overstapje op de Balijelaan zit ik, op papier, binnen drie kwartier bij mijn dochter aan de koffie. En fietsen met windkracht 5 tegen, is niet echt een feest. 

Maar helaas een dienstregeling op een computerscherm is de werkelijkheid niet. Volgens de wethouder is de knijp bij de Weerdsingel een succes. Er zal best ergens voordeel geboekt worden maar in ieder geval niet voor deze OV-reiziger want de bus had ongeveer een kwartier nodig om van de Merelstraat op de Oudenoord te komen. 

Op zich niet zo vreemd als je bedenkt dat het verkeerslicht aan het eind van de Kaatstraat per periode zegge en schrijven zes seconden op groen staat. Dat is om automobilisten te ontmoedigen deze route te nemen, maar om een of andere reden hebben die automobilisten dat nog steeds niet begrepen.

Tel daar nog eens tien minuten bij op om vanaf het Vredenburg aan de andere kant van het station te komen en daar gaat je reisschema. 

Natuurlijk zal ik het wel slecht getroffen hebben maar het geeft je wel een beetje een idee van wat ons te wachten staat bij de ambitieuze verkeersplannen van deze wethouder. 

Het idee dat de stad een groeispurt zou kunnen maken naar 400.000 inwoners zonder dat het aantal auto’s in de stad noemenswaardig toeneemt is natuurlijk een illusie. 

Alleen al voor de bevoorrading van de noden van al die inwoners zal heel wat extra vrachtverkeer nodig zijn. Als je immers als bewoner je auto niet meer mag of effectief niet kan gebruiken dan zul je toch op zijn minst je boodschappen in de buurt moeten kunnen doen. 

Ik snap echt wel dat het mobiliteitsvraagstuk in een compacte stad als Utrecht niet simpel op te lossen valt. Dat ervaren we iedere dag. Maar volgens mij helpt het niet om met veronderstellingen te werken die losgezongen zijn van de werkelijkheid. 

Twintig procent meer inwoners geeft vergelijkbaar meer mobiliteit op een beperktere beschikbare ruimte per inwoner en die logica praat je deze opa niet uit zijn hoofd met een verhaal over slimme routes.