Dik Binnendijk – Een wit, in vieren gevouwen papier staat rechtop tegen mijn voordeur. Hij was door de brievenbus gegooid en niet neergevallen op de mat. Het is zaterdagochtend, ik heb mijn jas al aan om naar de markt op Vredenburg gaan. Ik pak het papier op, vouw het open en lees het vluchtig door.... 

Een bezorgbon van de Bijenkorf? ... Joker... kleur rood... 225,00... Een zwart viltstiftrondje staat om het getal 2... Bezorgd? ... 

Dat kan niet... Ik heb niet eens de bel gehoord. Mijn adres klopt... Ergens bezorgd in de straat soms? ... Maar ik heb niks besteld! En zeker niet bij de Bijenkorf! ... Eerst maar naar de markt. Dan zoek ik het verder wel uit. 

Mopperend loop ik met rugzak om en boodschappentas in de hand naar Ben, de groenteman en Abdul, Tarik en Mike voor de olijven en dadels.... Maar eerst naar de stroopwafelkraam van Arie en Gio voor een pak stroopkoeken. 

Ze hebben toch niet onder mijn naam wat besteld! Dat soort verhalen lees ik zo nu en dan. Of beter gezegd: zie ik in de krantenkoppen staan... Ik herinner me ook vaag verhalen van mijn overbuurvrouw, dat er regelmatig allerlei pakjes gebracht werden met spullen die ze nooit besteld had. Of ze maar even wilde betalen... Zoiets spookt er door mijn hoofd. Ze woont er nog wel, maar we hebben nauwelijks contact. In ieder geval heeft ze dat pakjesprobleem niet meer.

Ik pak al lopend mijn portemonnee. Nee, mijn betaalpas en creditkaart zitten er gewoon in. Gelukkig... Wat zijn die rode jokers, in vredesnaam? 

Een stuk rustiger geworden kom ik thuis. Voor mijn raam staat de fiets van Frans de Jonge. Die stond er al voordat ik zelf naar de markt ging. Maar ik ben hem daar niet tegengekomen. Frans koopt bij andere kramen dan ik. Hij heeft zo zijn eigen kooprondje en doet daar veel langer over dan ik over de mijne.   

Alleen bij de groentekraam van Ben zien we elkaar vrij regelmatig. “En komt Frans zo weer koffiedrinken?” zegt Senna, de student bedrijfskunde die zaterdag in de groentekraam werkt.  “Ik denk het wel, maar is hij hier al geweest?” “Nee, nog niet!” “Doe hem maar de groeten van me. Ik ga zo koffie voor hem zetten.” “Zal ik doen.” “Tot volgende week!”

De bezorgbon. Foto: Dik Binnendijk

Als de koffie loopt, pak ik opnieuw de bezorgbon. Als eerste kijk ik nu naar de datum: 23-07... 23 juli... dat is een half jaar geleden! Zie ik dat wel goed? ... Ik kijk nog eens: 23-07-2004. Twintig jaar geleden!!! Ja, toen kwam en kocht ik nog wel regelmatig wat in de Bijenkorf. 

Ik lees verder: JOKER, KUBUS OP WIELEN kleur 21303 Rood. Prijs/stuk 112,50, aantal 2...

Aaahhh, die jokers zijn mijn twee bijzettafels op wielen. Bijna altijd staan ze tegen elkaar aan in het midden van mijn zitkamer.  

Ik ben weer eens in mijn eigen valkuil gelopen, die ik maar al te goed ken, als ik ’s avonds een wat lang uitgevallen appje moet lezen. Ik schiet daardoorheen, lees het niet goed, maak me kwaad over iets wat ik meen te lezen, neem dat mee naar bed en lig daar een groot deel van de nacht over te malen. Hoe moet ik daarop antwoorden? 

Als ik dan ’s morgens het appje nog eens rustig overlees, zie ik dat er heel iets anders staat of dat ik de tekst volkomen fout heb begrepen. “Heb ik daar de hele nacht over wakker gelegen!” 

Frans belt aan. De koffie is klaar en ik zet een mok zwarte koffie op de rode joker bij hem. “Bedankt voor die bezorgbon. Hoe kom jij daar in vredesnaam aan?” “Geen idee. Hij zat in een rol met oude posters, overgebleven van een plakronde. Ik ben bezig met het opruimen van een hoop ouwe troep. Ik was echt verbaasd dat die bezorgbon daarin zat, dus ik vond dat die maar terug moest naar de eigenaar, naar jou dus. Heb ik hem niet goed voor je bewaard?” 

De twee rode jokers. Foto: Dik Binnendijk