Merwedekanaalzone (14) - Bülent Isik: ‘Diepeveen is naïef’
Gepubliceerd: zondag 3 februari 2019 06:00
Journalist Louis Engelman doet verslag van de wijze waarop vastgoedavonturiers tientallen miljoenen euro's binnensleepten in een nieuw te bouwen Utrechtse wijk: de Merwedekanaalzone.
Als ik begin van dit jaar met het PvdA-raadslid Bülent Isik over de Merwedekanaalzone spreek, blijkt deze zeer bezorgd over de speculatieve gebiedsontwikkelingen ter plekke.
Wel betrekt hij er meteen het bouwbeleid voor de gehele stad bij. Om tot de conclusie te komen dat de verhoudingen in Utrecht scheef zijn gegroeid. ‘Er is sprake van een tweedeling”, vindt hij.
‘Het zijn de grote beleggers met een dikke portemonnee die hier steeds meer zeggenschap krijgen. Kijk wat er is gebeurd met de flats op het Kanaleneiland, waar de investeerders uit Qatar en Amerika miljoenen hebben verdiend.’
Het verbaast hem daarom ook niet dat er langs het Merwedekanaal voor miljoenen euro’s met grond is gespeculeerd. Het beleid van het huidige college werkt dat volgens hem in de hand. ‘De vastgoedmarkt misbruikt de schaarste in de stad. Dat is zeer ongewenst. Het maakt de grond en nieuwe woningen alleen maar duurder, wat ten koste gaat van de woningzoekenden met een smalle beurs.’
Dat GroenLinks-wethouder Kees Diepeveen zoveel vertrouwen heeft in de verbondenheid van de vastgoedpartijen aan Utrecht noemt Bülent Isik ‘naïef’. ‘Laat mij een marktpartij zien die tegen de stadsbestuurder zegt: ‘Jij hebt huizen nodig voor mensen met een kleine portemonnee, bijvoorbeeld begeleid wonen? Goed, dat ga ik voor je regelen.’ Er is er niet één die dat doet. Het gaat ze er alleen om een zo hoog mogelijk rendement te maken.’
Mede om die reden stelde het Isik teleur dat zijn voorstel om gebruik te maken van de Wet Voorkeursrecht Gemeente (WVG) vorig jaar door het college werd afgewezen. ‘We hadden dan veel meer greep op de ontwikkelingen kunnen houden. Nu laat je dat aan de markt over. Maar ik vind dat je dat met de invulling van primaire behoeften, zoals wonen, onderwijs, gezondheid en veiligheid, niet kunt doen.’
Temeer werd Isik in die mening gesterkt door de uitspraken van hoogleraar Korthals Altes van de Technische Universiteit Delft. Die stelde vorig jaar in het Utrechts Nieuwsblad eveneens dat Utrecht er verstandig aan zou doen het voorkeursrecht bij de aankopen van bouwgrond weer in te zetten.
De ‘verdichting’ van de bouw in de Merwedekanaalzone ziet Isik als één van de gevolgen van de invloed van de projectontwikkelaars. In de Milieueffectenrapportage (MER) is aangegeven dat – om de leefbaarheid te waarborgen – er maximaal zesduizend woningen in Deelgebied 5 mogen worden gebouwd. Dat is ook wat de PvdA wil. Maar het college stuurt niettemin aan op tienduizend huizen.
Isik: ‘Dan wordt de druk veel te hoog. Het betekent dat je zo’n 40.000 mensen gaat huisvesten op een betrekkelijk klein terrein. Je krijgt dan hetzelfde effect als momenteel op de fietspaden. Die worden niet breder, maar het aantal gebruikers neemt steeds meer toe waardoor er fietsfiles en onderlinge irritaties ontstaan.’
‘Natuurlijk wil iedereen goed wonen’, aldus het raadslid. ‘Maar verdichting kent z’n grenzen. Op hoeveel vierkante meters zet je de mensen? En hoe voorzie je dan nog in een kwalitatief goede openbare ruimte? Komen er voldoende betaalbare voorzieningen, zoals een café, een wijkontmoetingsplek, apotheek, onderwijsinstellingen, enz? Het gaat in zo’n wijk niet alleen om het wonen zelf.’
Volgens Isik is het daarom beter het aantal woningen in de Merwedekanaalzone te beperken en bijvoorbeeld uit te wijken naar de polder Rijnenburg. ‘Die willen ze nu eventueel gaan gebruiken voor de bouw van windmolens, maar wij vinden dat er best gebouwd kan worden. En dan wel op een heel duurzame manier. Dat zal de druk op de woningmarkt doen afnemen.’
De PvdA is het ook niet eens met de verdeling in typen woningen in de Merwedekanaalzone. Isik: ‘Wij willen meer huizen voor mensen met een kleine portemonnee dan waar nu van wordt uitgegaan. Wij zeggen: 40 procent sociale huur, 40 procent midden-huur en betaalbare koop en 20 procent dure koopwoningen.’
De samenleving heeft, aldus Isik, een herverdeling nodig van grond, kapitaal en arbeid. ‘Dat is de voorwaarde voor een inclusieve samenleving. Wat het college voorstelt, draagt daar volgens ons niet aan bij.’
Tenslotte deelt Bülent Isik de zorg van de Rivierenwijkbewoners over het grote aantal (fiets)bruggen dat over het kanaal heen moet worden gebouwd. ‘Wij hebben tegen het college gezegd dat één nieuwe brug vooralsnog voldoende moet zijn. En onderzoek dan eerst maar of er uiteindelijk meer nodig zijn.’
Morgen deel 15 (slot): Van Ruimzicht naar compacte bouw