Hobbels op de weg naar groene golf
Gepubliceerd: woensdag 4 november 2015 02:10
Door Zita Eijzenbach - Een lichtsnoer van 75 meter lang langs het fietspad, dat verbonden is aan dusdanig veel verlengsnoeren dat ik bijna kan spreken van ‘verkeershinder op het fietspad’. Een laptop op een plastic kistje in het gras die het geheel in gang moet zetten en open bedrading, losjes op een bedje van vochtige bladeren.
Nee, professioneel was het niet en geheel vlekkeloos verliep de test van de groene golf voor fietsers, 'een primeur voor Nederland,' dinsdagmiddag langs de Kardinaal de Jongweg ook niet.
In een veldje vol molshopen en hondenpoep, verscholen onder afgevallen bladeren, vertelt Jan-Paul de Beer van het bedrijf Spring-Lab over zijn bijzondere uitvinding. “Studenten hebben vaak haast en ook moeders met kinderen in een zitje op de fiets stappen liever niet af voor een rood stoplicht. Met de groene golf voor fietsers lossen we dat probleem op', legt De Beer opgewekt uit alsof hij in een Tel Sell-reclame staat.
De Beers innovatie voor de fiets werkt hetzelfde als de groene golf voor auto’s. Het idee is: de fietser wordt door een sensor onder het fietspad gedetecteerd en op het lichtsnoer ernaast verschijnt een groene lamp. Zolang de fietser de snelheid van de lamp aanhoudt, zal hij aan het einde van het 75 meter lange snoer een groen verkeerslicht treffen.
In strak jasje en kek shirt met bedrijfslogo presenteert De Beer het lichtsnoer aan GroenLinks-verkeerswethouder Van Hooijdonk, die hij ‘Lot’ mag noemen. Lot gaat het parcours afleggen en de uitvinding testen, want Lot gaat het idee mogelijk namens de stad Utrecht kopen.
De groene golf voor fietsers is een van de plannen om de stad voor fietsers zo aangenaam mogelijk te maken. Samen met Goes, Groningen, Maastricht en Nijmegen is Utrecht in de race om de Fietsstad van het jaar 2016 te worden. Stoplichten afstemmen op fietsers, wordt samen met het verwijderen van overbodige stoplichten, gratis stallen en voldoende parkeerplaatsen voor fietsen als enkele van de vele ‘goede voorbeelden’ genoemd, waarmee de felbegeerde titel van organisator de Fietsersbond in de wacht gesleept kan worden. Wat dat oplevert, die titel? Naamsbekendheid voor de fietsstad en met naamsbekendheid toeristen en daarmee inkomsten.
Terug naar Lot, die inmiddels al op haar fiets zit en aan het begin van het parcours staat te wachten op het seintje van De Beer, voordat ze de uitdaging te lijf mag gaan. Seintje? Ja, blijkbaar is de detectieplaat niet aan het detecteren, maar moet er eerst een seintje vanuit het bedrijf komen.
Als Lot mag gaan fietsen voor haar eerste poging, valt het gehele lichtsnoer uit. De moed zakt me via de schoenen in het fietspad; zo gaat mister Tel Sell niet scoren.
“Dat zal je net zien; werkt het sinds vanmorgen acht uur zonder problemen, bent u er allen, valt het systeem uit,” lacht De Beer. Een ‘dat-doet-hij-anders-nooit-momentje’; het kan de beste overkomen.
Gelukkig wil Lot nog wel een keer fietsen en werkt het systeem de tweede keer wel. Zelfs de mannen bij het elektriciteitshuisje verderop, waar de stroom voor de test wordt afgetapt, ogen opgelucht.
Lot is nog niet overtuigd. “Het systeem moet eerst goed werken en dan moet er nog onderzocht worden hoe het zit met de veiligheid en de mate waarin het systeem hufterproef is. Bovendien, niet geheel onbelangrijk, moet het geheel ook goed betaalbaar zijn.”
Als er schouderklopjes worden uitgedeeld aan De Beer, is het voor mij als argeloze perstoeschouwer tijd om te gaan. Op de fiets terug naar kantoor vraag ik me af waar ik het afgelopen uur toch ben geweest. Was dit de eerste fase van de bedrijfstest, die eigenlijk intern had moeten plaatsvinden zodat de kinderziektes nog uit het product gehaald hadden kunnen worden? Was ik toeschouwer in een ‘JP’ en ‘Lot’-onderonsje of was ik getuige van de presentatie van de nieuwe GroenLinks-fiets, die prominent bij de pers in beeld was geplaatst?
Ook als ik de terugweg naar kantoor bij alle vier de verkeerslichten moet wachten voor rood licht, ben ik niet overtuigd van de noodzaak van de groene golf. Even voor het stoplicht in de zon wachten op de warmste derde november sinds 1901 is bepaald geen straf.