BINGO!
Gepubliceerd: woensdag 2 juli 2014 06:00
Dit artikel is een overname uit het nieuwe nummer van het onafhankelijke magazine de Dakhaas (nummer 3, zomer 2014). Koop dat magazine, klik hier.
-
Zanger Billy Corgan van de Smashing Pumpkins organiseert bingo-avonden in zijn theehuis in Chicago en de Utrechtse theatergroep NUT toerde vorig jaar met Bingo! Een feestelijk crisisspel.
Het ouderwetse spelletje past net als scrabble en breien perfect in de nostalgie-hype en het is ook nog eens heel erg sociaal. Waarom is bingo zo leuk? De Dakhaas ging op reportage in woonzorgcentrum de Bijnkershoek in Transwijk.
Tekst: Olga Ketellapper, Fotografie: Michel Boulogne
‘Bernard 3, Isaak 18, Nico 44, Gerard 52, Otto 70.’ Otto van 70 had hier nog kunnen zijn, maar de anderen zeker niet. Het is maandagavond en welzijnswerker Sandra leest de nummers voor op de tweewekelijkse bingoavond. Bingo is de populairste activiteit in het zorgcentrum. Met meer dan honderd aanwezigen is de in ouderwets Hollandse stijl aangeklede zaal goed vol. De gemiddelde leeftijd ligt boven de negentig en vrouwen zijn ruim in de meerderheid.
Er wonen sowieso meer vrouwen dan mannen in de Bijnkershoek, vertelt Sandra. ‘De oudste inwoner van Utrecht, mevrouw Brasz-Later van 108, woont hier ook. Niet eens in het zorgcentrum, maar in een zelfstandig appartement in de serviceflat!’
Bij binnenkomst kopen alle ouderen één, twee of drie plastic bingokaarten bij vrijwilliger Mien voor €1 per stuk (€1,50 voor mensen van buiten). Mensen kletsen, vragen om een nog voller kopje koffie of een tweede koekje en zorgen dat ze een plekje hebben met goed zicht op het podium. De tafelschikking ligt min of meer vast, kennissen kruipen bij elkaar. Bij het podium staan drie tafels met zeventien prijzen: onder andere Baroni worst, zeebanket, koffie en Vita d’Or pindakaas.
Volle kaart
‘Gerard 61, Gerard 73, Gerard 68, Gerard 70,’ leest Sandra voor van de digitale bingomachine. ‘Heb je ook een andere vriend?,’ klinkt het uit de zaal. ‘Otto, ofzo?’ Geconcentreerd turen de spelers naar hun kaarten, af en toe even controlerend of de buurvrouw het beter doet. Een man met drie bingokaarten voor zich lost ondertussen kruiswoordraadsels op. ‘Nico 32,’ roept Sandra.
‘Bingo,’ klinkt het op meerdere plekken tegelijkertijd. Alleen een volle kaart telt. Horizontale en verticale rijtjes worden te ingewikkeld. Sandra checkt of er geen valse bingo’s zijn. ‘Dat moet ook wel, want anders komt er heibel. Ze zijn bloedfanatiek.’ Een graai in een tas met pingpongballetjes met nummertjes bepaalt bij meerdere bingo’s wie als eerste iets van de prijzentafel mag pakken. Het zeebanket, de wijn en het pak roodmerk zijn gewild.
Koffie
Het is doodstil in de zaal, het enige geluid is het geklik van de plastic schuifjes op de bingokaarten. Na twee rondes is het pauze. Vrijwilligers komen langs met gratis koffie of thee en een koekje. Een aantal ouderen bestelt een advocaatje met slagroom. Waarom gaan ze naar de bingo? ‘Je bent onder de mensen,’ ‘Je loopt nog eens wat,’ zeggen ze. En je krijgt twee gratis kopjes koffie. Niemand noemt het winnen van prijzen als reden.
Verrassing
Mien doet naast de kaartverkoop ook de boodschappen. Ze is al 35 jaar vrijwilliger kreeg daarom een speldje van koningin Beatrix. ‘Van de fooien die ik krijg koop ik verrassingen. Die pak ik mooi in en leg ik als extraatje tussen de prijzen. Vandaag zijn het paaseitjes.’
Trudy uit Hilversum is op bezoek bij haar zus Mien. ‘Ik woon alleen en vind zo’n bingo gezellig. Het is ook goed voor het hoofd, hoor.’ Tegenover Trudy zit Henny. Ook hij komt regelmatig naar de bingo, al woont hij elders op zichzelf. Zijn vorig jaar overleden vrouw woonde in de Bijnkershoek, zodoende. ‘En alleen is ook maar alleen.’
Teammanager Welzijn Bep denkt dat het de ouderen deels wel degelijk om het winnen gaat. ‘Andere activiteiten zonder prijzen worden veel minder goed bezocht. Ouderen kaarten ook veel, maar dat kan ook op de computer. Als je bingo op de computer speelt, kun je geen prijzen winnen.’
Wijn
Al bingoën de ouderen dan misschien toch niet alleen voor de gezelligheid, ze geven uiteindelijk alle prijzen weg aan (klein)kinderen, vrienden of op de afdeling. De man die een fles wijn wint: ‘De pakjes sap die ik vorige week won waren vies, en ook de worst is niet te eten. Alcohol drink ik niet, dus daar heb ik niks aan. Maar de mensen op mijn afdeling vinden een wijntje wel lekker.’
Een vrouw geeft de wijn aan haar kleinzoon die nog studeert, ‘want die studenten houden wel van een glaasje’. De koffie gaat naar een dochter, ‘want haar man neemt nog altijd een thermoskan mee naar het werk’. Het zeebanket en de koekjes worden tijdens de bingoavond nog verorberd.
Bingo draait dus om het delen: het samenzijn en het delen van de prijzen. Door het uitdelen van de prijzen aan anderen wordt de eenzaamheid nog een beetje minder. Bovendien komt het geld wat verdiend wordt met de bingo geheel ten goede aan gemeenschappelijke voorzieningen voor de ouderen in het zorgcentrum. Zo wint iedereen uiteindelijk.
Wist je dat?
- De naam bingo komt van het Engelse beano. Vroeger werden de vakjes met bonen afgedekt en beano betekende een volle rij.
- Vroeger was bingo erg populair in Nederland, en dan voornamelijk in Brabant. Maar sinds bingo in 2006 als kansspel is aangemerkt en hoge geldprijzen verboden zijn, ging het snel bergafwaarts met de bingo.
- Er is weinig wetenschappelijk onderzoek gedaan naar bingo, en al helemaal niet naar de sociale functie van bingo in verzorgingstehuizen. Over de bingo als gokspel is meer te vinden.
- Er meer dan honderd vrijwilligers actief zijn in de Bijnkershoek. Alvast oefenen met de bingo? Geef je op als vrijwilliger!